Wednesday, 16 September 2020

Selected articles - 08HO

Aanvullende informatie voor de huidige pagina-inhoud
De wetenschappelijke methode is de experimentele methode voor het verwerven van kennis die de ontwikkeling van de natuurwetenschappen sinds minstens de zeventiende eeuw kenmerkt. Omdat het de nauwkeurigheid van observatie omvat, waaronder strikte twijfels over wat wordt waargenomen door te kijken naar de cognitieve aannames over hoe de wetenschapper de interpretatie van een idee en de formulering van hypothesen beïnvloedt door extrapolatie op basis van zowel experimentele testen als metingen op basis van het testen van gevolgtrekkingen die zijn afgeleid van hypothesen en het verfijnen van deze hypothesen op basis van resultaten Empirisme: hoewel er verschillende modellen van de wetenschappelijke methode beschikbaar zijn, is er in het algemeen een continu proces waarbij observaties over de natuurlijke wereld betrokken zijn en mensen zijn van nature nieuwsgierig, dus stellen ze vaak vragen over dingen die ze zien of horen, en ontwikkelen ze vaak ideeën of hypothesen over waarom dingen zo zijn. Voor wat het is. De beste hypothesen geven aanleiding tot voorspellingen die op verschillende manieren kunnen worden getoetst. De meest kritische test van hypothesen komt van logica die is gebaseerd op empirische gegevens. Afhankelijk van hoe goed de aanvullende tests overeenkomen met de verwachtingen, kan de oorspronkelijke hypothese verfijning, aanpassing of zelfs afwijzing vereisen. En als een hypothese goed wordt ondersteund, wordt deze ontwikkeld, hoewel de onderzoeksmethode verschilt van het ene veld tot het andere, maar deze wordt vaak gedeeld. Trek er verwachtingen uit als logische conclusies en voer vervolgens experimenten of experimentele observaties uit op basis van die voorspellingen, en de hypothese is een gok. De hypothese, die wordt verkregen als antwoord op de gestelde vragen, kan heel specifiek of breed zijn. Wetenschappers testen de hypothesen door experimenten of studies uit te voeren. Een wetenschappelijke hypothese moet falsifieerbaar zijn, wat betekent dat het mogelijk is om een ​​mogelijke uitkomst van een experiment of observatie te identificeren die in strijd is met de voorspellingen die uit de hypothese zijn getrokken. De term 'wetenschappelijke methode' werd wijdverbreid gebruikt tot de negentiende eeuw, toen andere moderne wetenschappelijke termen begonnen te verschijnen, zoals "The World" en "Pseudoscience". Er deed zich ook een belangrijke verschuiving in de wetenschap voor. Naturalisten zoals William Willwell, John Herschel en John Stuart Mill namen deel aan discussies over 'inductie' en 'feiten'. De term 'wetenschappelijke methode' werd prominent gebruikt in de twintigste eeuw, zonder wetenschappelijke autoriteit over de betekenis ervan, ondanks dat het in boeken en woordenboeken voorkomt, ondanks Vanaf de gestage groei van het concept in de twintigste eeuw, tegen het einde van die eeuw, hadden veel invloedrijke wetenschapsfilosofen, zoals Thomas Cohn en Paul Ferrabend, vraagtekens gezet bij de volledigheid van de 'wetenschappelijke methode', en daarmee in grote mate.
De vraag kan verwijzen naar een uitleg van iets specifieks, bijvoorbeeld (waarom is de lucht blauw?) Of het kunnen eindeloze vragen zijn, bijvoorbeeld: hoe kunnen we een medicijn maken om een ​​specifieke ziekte te behandelen, en deze fase omvat de resultaten en evaluatie van bewijs uit eerdere experimenten en persoonlijke wetenschappelijke observaties of bevestigingen. Over het werk van andere geleerden.

No comments:

Post a Comment